Dag van de mantelzorg

Vandaag is het 10 nov. de dag van de Mantelzorg

Mantelzorg vind je misschien best wel een raar woord. Het woord bestaat nog niet zo heel erg lang.  Het is bedacht in 1972 door iemand die arts én scheikundige was;  Professor dr. Johannes Hattinga-Verschure (1914-2006).

Waarom zit het woord ‘mantel’ eigenlijk in mantelzorg?  Meneer Hattinga had het over ‘zorg die je in een kleine groep aan elkaar verleent’ (bijvoorbeeld in een gezin). Hij zei: “de zorg voor iedereen uit de groep is als een mantel, die verwarmt, beschut en beveiligt”. Net als kuikentjes die onder de vleugels van hun moederkip kruipen dus eigenlijk, die als een manteltje over ze heen ligt om ze te beschermen. Zo helpen mantelzorgers ook hun moeder, vader, partner, broer, zus, opa, oma, of een vriend. Gewoon, omdat je van ze houdt.

Zoals velen van jullie weten ben ik niet van de vaste (verplichte) dagen om iets te vieren of ergens bij stil te staan. Waarom wordt er tegenwoordig  overal een dag voor in het leven geroepen? Veel van dit soort “memorabele momenten” vind ik (te) commercieel en voelen als opgelegd en (bijna) verplicht.  Denk aan Valentijnsdag. Als jij een stille liefde hebt in juni, ga je toch niet zitten wachten tot het 14 februari is? Doe eens spontaan gek in juni. Stop juist dan, met de vlinders in je buik,  stiekem een kaartje in de brievenbus voor die persoon. Koop de bos bloemen of doos bonbons. voor hem of haar. Doe het omdat het vanuit je hart komt. Jij het gevoel hebt dat je dit graag wilt doen. No matter welke datum het is. Ik ben van mening dat je iedere dag dankbaar kan zijn en  je respect uit kunt spreken naar de persoon die dat volgens jou verdient. Daar hoeft het, in mijn ogen, geen complimenten dag voor te zijn. En heb jij zin in chocolade?  Eet chocolade, … wat mij betreft iedere dag 😉 daar hoeft het geen dag van de chocolade voor te zijn., dat mag ook best op pannenkoeken-dag.  HERINNER JE GISTEREN, DROOM VAN MORGEN EN LEEF VANDAAG

Maar goed dat is mijn mening. Vandaag is het de dag van de mantelzorg en ben ik degene die hier toch even aandacht aan wil schenken. Waarom?  Het toeval wil dat er bij het installeren van een andere laptop deze week, een gedicht voorbij kwam in één van de document mappen die ik aan het ordenen en opschonen ben. (Ken je dat … het  gevoel van op zolder zitten en in oude dozen snuffelen? Dat gevoel dus) Het gedicht heb ik ongeveer 2 1/2 jaar geleden geschreven. Een tijd waarin ik voelde dat er met mij wat aan de hand was. Er maar niet achter kwam wat precies. Dat Marco door zijn diabetes te maken had met de ene hypo naar de andere. Moeilijk in te stellen was en wij er daardoor als gezin ook heel wat mee “te stellen” hadden.  Ik vergeet onze vakantie dat jaar in Frankrijk niet meer.  Zo’n halve week voor vertrek terug naar huis was ik me aan het instellen op het feit dat ik de autorit , door bergen en enge smalle kronkel wegen, zelf zou gaan maken omdat ik Marco daar niet toe in staat achtte.  Bij het terug lezen van dit gedicht rolden tranen over mijn wangen. Eerlijk gezegd heb ik eigenlijk een enorm potje zitten janken. Alle gevoelens kwamen weer naar boven,; de boosheid, de frustratie maar vooral de onmacht.

Als we het dan vandaag over mantelzorg hebben kan ik alleen maar op mijn “eigenwijze” zeggen dat we hier dubbel “feest” hebben. Dat we voor elkaar zorgen.  Dat ik me wel herken in  “als kuikentjes die onder de vleugels van hun moederkip kruipen”.  “Zorg die je in een kleine groep aan elkaar verleent”…  Iedere dag opnieuw,  niet alleen vandaag. Gewoon omdat je van elkaar houdt. Graag deel ik hierbij  het gedicht wat de aanleiding is geweest voor dit blog.

 

Marco is mijn man,

maar eigenlijk heb ik er twee;

één is mijn partner,  de ander de patiënt.

Ons huwelijk is dus niet doorsnee.

 

Getrouwd met  “ twee in één “.

Dat klinkt bijna ideaal,

maar leven met diabetes

is het toch niet helemaal.

 

We moeten er samen mee dealen ..

onderhandelen,  soms water bij de wijn.

Door schommelende bloedsuikers,

kan hij opeens heel anders zijn.

 

Ik neem dan wat meer afstand

en trek me zijn woorden niet persoonlijk aan.

Wetende dat hij even niet mijn partner is ,

maar “de patiënt”,  die ik voor me heb staan.

 

Het is ons leven, het hoort bij ons gezin.

Maar af en toe … heel even,

dan zou ik zo graag willen

dat ik  “zijn portie” aan een ander kon geven.

 

Al was het enkel maar om te laten ervaren,

dat men snel een vooroordeel heeft.

Zonder “ zijn last ” te hebben gedragen,

helemaal niet beseffend wat hij beleeft.

 

Hij als “ lijdende patiënt ”,

ik als “ leidende partner ” er naast.

In combinatie met geduld, zorg en humor,

hebben wij al velen verbaasd.

 

Ik ben trots  op hem,

op de kinderen en op mijzelf.

Het is vaak vallen en weer opstaan,

want chronisch ziek zijn, gaat nu eenmaal niet vanzelf.